donderdag 25 mei 2023

Derde brief uit het manuscript Immer van Liefde.

Mijn aanminnig Meisje,

 

hoezeer kan toeval een sterveling genegen wezen? Of verstuift de Heer geen believen met Zijn wonderbaar vermogen? Wat de uitkomst ook is, ik acht mezelf uiterst gezegend. Dagen bevolen me te wachten op een kronkeling uit jouw pen, doch Lot bood Haar welwillendheid terstond aan. Toen ik jou ontwaarde in de dreef was het alsof een oppermacht me van adem beroofde. Mijn hartslag nam toe en een siddering overmande me. Gelijk Sophocles, toen die maar een tweegevecht hield met zijn eens afdwalende geest. Een meer treffende vergelijking blijft thans zoek. Tersluiks zag ik hoe jij argeloos onder die lijvige populieren wandelde. Lieftallig en teer. Alsof jouw poedertred het versteende vloerkleed voor enige druk wou behoeden. Had je mijn brief van eergisteren reeds gelezen? Ik vraag het jou, want het antwoord zou die gedachten van me kunnen tenietdoen. En aan zulke verlossing heb ik grote nood.

Ik waag het erop en nodig maan uit voor een vroeg optreden. Het benieuwt me ten zeerste of ik jou deze avond zal terugzien. L’espoir fait vivre.

 

Immer van liefde,

je Rob Van de Zande

2 opmerkingen:

  1. Een waarlijk Poëet doch geen Sterveling. Deze prachtige brief is doorspekt met zeer mooie inhoud en diepgang. Magnifique.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dank voor uw aardigste woorden, waarde Anoniem.

    BeantwoordenVerwijderen

Plaats reactie