In het te veld staande gewas
Uiten
ook blommen en rietgras,
Op
kleurtonen van Pan’s palet,
Die
hij tot thans heeft gebed,
Hun
éénge maagdzame kant,
Welke
langs haar bezielde hand
Door
stoffen in gevlokt agaat
Over
die boom hier achterlaat.
Weerom schoontje!
BeantwoordenVerwijderen