O, dappre wind, prijk mijne haaren
En
laat hierbij zijne laatste aanblik
Bij
geen rotsgelui of wiekslag verjaaren
Of
verarmen bij ‘s mens stervenssnik.
Want
al lijken onze lippen gescheiden
En
blijft een kus afwezig in ‘t gemin,
Duurt
de gedachtenis onzer beiden
Voort in dit huuwlijk van
koper en tin.
In één woord; GRANDIOOS ! Proficiat beide kunstenaars.
BeantwoordenVerwijderenAlle dank, waarde genoot.
BeantwoordenVerwijderen