O,
Brussel, stad van mijn stille hart,
Hoe
maak ik u mijn haat bekend,Het enige talent dat ik heb aangewend,
Nu de dakloze in mij zichzelve tart?
En ik schrijve ‘u’, niet als compliment,
Doch omdat ik u vol in de kleren draag,
Waardoor u op honderdmaal de vraag
Als roest het blijvende antwoord bent.
Of schoffeer ik m’n donker aangezicht
En blijft u onvindbaar voor elk levenslicht -
Vuil voor de oorschelp en ieders oogbal?
Ach, zo zal ’t weze, want hoe het ook zij,
Luidt gij liefdevol dat stille hart van mij
Ofschoon u ’t slaan ervan nimmer horen zal.
Een mooi, hartverwarmend en tot reflectie stemmend sonnet.
BeantwoordenVerwijderenHartverwarmende woorden, waarvoor dank, waarde Satyricon.
VerwijderenEen memorabel gedicht, waarde vriend!
BeantwoordenVerwijderenMijn dank, waarde Wim.
VerwijderenJouw gedichten zijn 'scheppend'.
BeantwoordenVerwijderenKatrien
Dat schept vreugde, waarde Katrien.
BeantwoordenVerwijderenVoorspoed voor hij die parels wrocht uit scha en as.
BeantwoordenVerwijderenM.
Wat aardig om te lezen, waarde M. anoniem ;-)
Verwijderen